Website van Alex Reuneker over taal, hardlopen, wielrennen en reizen

Character counter added to Word counter

Abstracts for conferences mostly are limit to a certain number of words, but sometimes the organising committee instead decides on a number of characters. I always find that somewhat inconvenient, because you have to resort to tools other than your standard Word processor to check the number of characters while writing. Atop, I roughly have an idea of how much information I can provide in, say, 400 words, but 3000 characters? No clue. I feel setting a number of characters also limits the ‘creativeness’ authors sometimes employ to stay within the word limit, but I guess that’s the point.

Anyway, to solve the ‘problem’ above, I added a character counter to the word-count tool at https://www.reuneker.nl/files/wordcount.

Character counter

Character counter

As with words, you can also set a target number of characters and the tool will automatically show you during typing how much characters you have left or still need to remove. I find it useful and I hope you will too!

PS In the screenshot, you see an abstract for VIOT 2026, which set a limit of 3000 characters. I only have three characters left (see bottom-right corner)...

'Houdt de straat schoon'

Onlangs liep ik door mijn geboortedorp Benthuizen. Omdat ik met mijn zoontje van 1 aan de hand liep, keek ik veel naar beneden en daar zag ik onderstaande stoeptegel.

'Houdt de straat schoon'

'Houdt de straat schoon'

Nu weten we uit onderzoek (Reuneker & Hogewoning, te verschijnen) dat de gebiedende wijs door velen moeilijk wordt gevonden en dat er nogal wat stemmen opgaan die beweren dat houdt hier (ook) goed is. Dat klopt echter niet. Meestal wordt hierbij een appèl gedaan op het verleden, want niet eens zo heel lang geleden hadden we een meervoudsvorm van de gebiedende wijs (of imperatief) die je, inderdaad, met een t na de stam schreef, zoals in het onderstaande voorbeeld uit de jaren '50.

Wordt lid. Verenigt alle luchtvaartgezinde Nederlanders. (Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart, circa 1950)

Pas in de officiële spelling van 1995 werd expliciet vermeld dat de goede vorm van de gebiedende wijs de vorm zonder t na de stam is, zonder dat daarbij onderscheid tussen enkelvoud en meervoud wordt gemaakt, zoals mijn student-assistente Franka Hogewoning en ik laten zien in een inventarisatie van alle edities van de Woordenlijst der Nederlandse Taal. De Nederlandse Taalunie, die erover gaat, zegt er het volgende over.

In de Leidraad, onderdeel van de Woordenlijst Nederlandse Taal en daarmee van de officiële spelling van het Nederlands, staat pas sinds 1995 vermeld dat de ‘gebiedende wijs wordt uitgedrukt door de stam van het werkwoord’ (Nederlandse Taalunie, 2005, p. 75).

Inmiddels is de vorm met slot-t echt verouderd ('archaïsch') en schrijf je bij de gebiedende wijs alleen de stam.

Spelling is veranderlijk en niet in steen gebeiteld, maar deze spelfout helaas wel. Een snel rondje googelen leerde me overigens dat Benthuizen zeker niet de enige gemeente is waar deze steen ligt; in Utrecht viel het columnist Fenna Riethof jaren geleden ook al op.

Binnenkort kun je er veel meer over lezen in TNTL, waarin ik de kwestie samen met Franka uitploos, maar tot die tijd kun je ook even kijken naar dit abstract voor de Grote Taaldag 2025, of, als je dit blog-postje niet wilt geloven, bij Onze Taal op de pagina houd/houdt en bij de Taalunie op de pagina wordt/word lid.

Wordt vervolgd...

LUGF Seed Fund for collaboration with Stellenbosch University

Together with Marina Joubert, Roosmaryn Pilgram, and Gudrun Reijnierse, Ionica Smeets and I received a Leiden University Global Fund (LUGF) Seed Fund for starting a long-term collaboration with Stellenbosch University (South Africa) on antimicrobial resistance communication.

Antimicrobial resistance (AMR) is a growing global health crisis, requiring not only biomedical innovation but also effective communication. Linguistic elements of AMR communication shape public understanding, trust, and behaviour, yet there remains much to be explored. With this seed fund, Leiden University and Stellenbosch University aim to address this gap.

For more info, see Leiden University Global Fund.

'Vind je moeder dat ook?': Tussen jij en jouw op Neerlandistiek

Wat leuk! Marc van Oostendorp schreef een bericht op Neerlandistiek over het onderzoek dat Mette Rebel en ik deden naar de spelling van homofone werkwoorden voor 'je' ('Vind je dat ook?' vs 'Vindt je moeder dat ook?', dat onlangs gepubliceerd werd het Dutch Journal of Applied Linguistics (DuJAL).

'Vind je moeder dat ook?': Tussen jij en jouw op Neerlandistiek

'Vind je moeder dat ook?': Tussen jij en jouw op Neerlandistiek

Lees er meer over op Neerlandistiek, in deze post op dit weblog of natuurlijk in DuJAL zelf (open access).

Terugblik Kustmarathon Zeeland 2025

Het is, op het uur dat ik dit schrijf, precies een week geleden dat de Kustmarathon plaatsvond. Vanmorgen, tijdens een vroeg herstelloopje met Casper, realiseerde ik me dat het vandaag perfect weer zou zijn geweest voor de Kustmarathon: windkracht 1 – te verwaarlozen dus – droog en 14 graden. Alhoewel, is dat perfect kustmarathonweer? De editie van 2025 staat, zo begrijp ik uit berichten op bijvoorbeeld ZeelandNet en van Omroep Zeeland, nu te boek als de zwaarste ooit en dat is te danken aan het slechte strand en vooral storm Amy (NOS), die met windkracht 9 in ongunstige richting de deelnemers teisterde. Eigenlijk hoort dat misschien ook wel bij de marathon die bekend staat als de zwaarste marathon van Nederland, aldus de organisatie van de Kustmarathon zelf.

Ik merk, nu we een week met wat herstelloopjes en veel rekken en strekken verder zijn, dat ik ná de marathon eigenlijk meer 'last' heb van de tijd die ik liep (met 3:27 mijn langzaamste marathon ooit) dan tijdens de marathon. Toen had ik juist het gevoel lekker en met plezier aan het knokken te zijn tegen het parcours met het slechte strand, de hoogtemeters en natuurlijk het eerder genoemde weer. Waarom komt nu dan toch die focus op de eindtijd op en de gedacht dat ik die moet vergoelijken met de weersomstandigheden? Ik hoef niemand iets te bewijzen, maar dat stemmetje is er zolang geweest, dat het zich niet zomaar laat wegredeneren. Nee, het is waarschijnlijk beter te erkennen dat dat gevoel er is en het niet weg te drukken. Dat lukt overigens aardig, want in plaats van wegdrukken probeer ik het genoemde gevoel naast het gevoel te plaatsen dat ik een ontzettend mooie dag heb gehad, de organisatie en vrijwilligers dankbaar ben en ook trots ben op een flinke prestatie, want dat gevoel is er wel degelijk ook. Het zou, denk ik, fijner zijn om dat soort conflicterende gedachten niet te hebben, maar inmiddels heb ik geleerd dat ze er nu eenmaal zijn en dat ik daar wel een beetje, maar niet veel invloed op heb. Het lijkt toch steeds vooral een kwestie van scherp zijn op zulke gedachten, ze erkennen, maar niet klakkeloos voor waarheid aannemen.

Blij de finish in Zoutelande over

Blij de finish in Zoutelande over

Hieronder zet ik nog even een paar gedachten op een rij die me de afgelopen week duidelijk werden.

Op het veertigkilometerpunt vond ik het wel fijn dat het nog maar twee kilometer was, maar ik had toch ook het gevoel dat ik er nog wel tien aan vast had kunnen plakken. Ik weet niet of dat betekent dat ik sneller had kunnen lopen – ik denk het eigenlijk niet met die wind en het strand – maar het laat vooral zien dat het met de conditie en tussen de oren wel goed zat.

Een marathon met veel strand, onverharde paden en zelfs veel trappen is echt wat anders dan een wegmarathon. Het parcours was, al hebben zulke vergelijkingen misschien niet heel veel zin, ook een stuk zwaarder dan bijvoorbeeld de Berenloop op Terschelling. Het parcours was dus zwaar, maar eigenlijk vind ik een wegmarathon die je echt snel wilt lopen veel zwaarder. Ik kom dan echt kapot over de finish, omdat ik dan constant in het rood loop en dat had ik hier zeker niet.

Het was echt heel bijzonder om over onder andere de Neeltje Jans te lopen en door alle leuke dorpjes tussen Burgh Haamstede en Zoutelande. Ik vind dat eigenlijk fijner dan een drukke stadsmarathon. Daar is de support constant en hoewel het geweldig is dat iedereen komt kijken en aanmoedigen, vind ik het eigenlijk ook best heel fijn om me soms niet bekeken te voelen.

De mooie route van de Kustmarathon

De mooie route van de Kustmarathon

Op het strand leg ik het duidelijk af tegen veel andere lopers. Ja, er waren lopers in de voorhoede die zelfs moesten wandelen en dat hoefde ik zeker niet, maar het groepje waar ik voor het strand gemakkelijk mee kon lopen en het kopwerk kon verdelen, kon ik niet bijhouden op het strand. Dat is me eerder ook al opgevallen, overigens. Tijdens de laatste editie van de Omloop Ter Heijde had ik ook te weinig kracht in de bovenbenen om goed mee te kunnen in het mulle zand. Ik heb een vrij hoge pasfrequentie en loop licht, dus daar ligt het mijns inziens niet aan. Misschien kan ik een en ander verbeteren met gerichte krachttraining, maar ik weet niet of ik daar zin in heb. Het zou wel weer eens wat anders zijn, zo’n sportschool, dus wie weet is het een idee.

Zoals gezegd ben ik best trots op de prestatie, maar ik ben eigenlijk blijer met het gevoel dat ik tijdens de wedstrijd had. Ik had geen moment de gedachte 'waarom doe ik dit eigenlijk?' Sterker nog, ik had de gedachte 'Hé, ik denk niet eens "waarom doe ik dit eigenlijk?"' en dat vind ik een heel positieve ontwikkeling. Tijdens de trainingen en vooral na de lange duurlopen heb ik me wel meermaals afgevraagd of ik dit nog wel leuk vind. Dat heeft, denk ik nu, vooral te maken met afwisseling en (daarmee) routes. Ik heb alle paden in de wijde omtrek van mijn huis al zo vaak gezien, dat ik, bij wijze van spreken, bij elk grassprietje weet hoeveel kilometer het nog is tot de volgende bocht, tot een keerpunt, tot huis, et cetera. De keren dat ik echt een andere route liep, bijvoorbeeld op vakantie of door eerst met de metro of trein ergens heen te gaan en dan terug te lopen, had ik dat gevoel veel minder en voelde een duurloop meer als een klein avontuur dan als een routineklus. Wat me vaak weerhoudt om zoiets te doen, is dat het natuurlijk meer tijd kost dan gewoon gaan lopen nadat je de huisdeur achter je dichttrekt. Met een klein kind thuis is die tijd extra kostbaar, maar ik geloof dat ik dat ook een beetje uit gemak als argument gebruik.

Het bovenstaande heb ik overigens ook met de marathon zelf. De marathon van Rotterdam is echt schitterend, maar ik ken het parcours nu zo goed, dat je eigenlijk van tevoren al precies weet wat je tegenkomt en dat staat me, blijkbaar, tegen. Juist daarom had ik me voor de Kustmarathon maar heel beperkt verdiept in de route, want hoe meer ik weet hoe dat loopt, hoe minder verrassing, althans, dat was het idee. Dat klopte ook wel, maar daardoor wist ik eigenlijk niet hoeveel hoogtemeters er in het parcours zaten, namelijk een kleine 900 en veel trappen. Dat had ik wel wat beter kunnen bekijken van tevoren, denk ik, maar vervelend vond ik het niet tijdens de marathon. Die trappen gingen eigenlijk verbazingwekkend gemakkelijk, ook trap af. Daar zag ik verscheidene lopers veel tijd verliezen.

Verklaar me maar voor gek, maar in een weekend waarin mijn vrouw veel tenniste en ik niet lang van huis kon, heb ik de lange duurloop op de loopband gelopen: 36 kilometer wel te verstaan. Dat vond ik dan eigenlijk wel weer verbazingwekkend leuk, omdat het aanvoelde als experiment en ook dat laat volgens mij wel zien dat ik behoefte heb aan afwisseling en nieuwe routes, omgevingen of – iets breder – nieuwe of andere ervaringen. Het plan om ooit een marathon op de loopband te doen is overigens nog steeds niet van de baan. En ja, ik had aan deze duurloop natuurlijk 6,195 kilometer kunnen plakken om dat gelijk af te vinken, maar dat leek me niet verstandig en echt een hele lopen op dat bakbeest in de garage wil ik liever niet doen met een babyfoon ernaast.

Tot slot: de zaterdag van de Kustmarathon was echt een mooie dag, maar ik vond de zondag ook heel mooi, want ik was lekker veel met Casper thuis en aan het einde van de middag hebben we voor het eerst samen een rondje om het huizenblok gelopen; hand in hand stappen en door de herfstbladeren banjeren. Het is zo'n 400 meter en Casper vond het geweldig. Ik ook – echt iets om met elkaar trots op te zijn!

Pagina 3 of 57