Weblog Alex Reuneker

Dirk Jan Roeleven - De nieuwe fiets

Het boek ‘De nieuwe fiets’ (2009) van journalist Dirk Jan Roeleven stond al een tijdje in de kast en lag daarna op de leesstapel. De afgelopen dagen heb ik het gelezen en dat was een mooie ervaring.

enter image description here

Dirk Jan Roeleven – De nieuwe fiets (2009)

In het boek beschrijft Roeleven zijn reis van Villar San Costanzo naar Amsterdam. Het verhaal is namelijk dat hij jaren eerder met zijn fietsvrienden in dat eerstgenoemde plaatsje een belofte deed aan een lokale racefietsenbouwer die hem bij pech kosteloos hielp:

De man, die Massimo heet, vraagt waar ik heen reis. Ik zeg ‘Dronero’ en vertel hem mijn missie. Over de belofte aan een oude wielrenner die tegenwoordig fietsen bouwt. Over de ontmoeting in 1994 toen hij pro Deo mijn fiets repareerde. Dat ik ooit zou terugkeren om een nieuw gebouwde fiets te kopen. En dat ik die fiets dan over de Alpen naar huis zou trappen. Solo. (Roeleven 2009, p. 16)

Een mooie belofte, die hij meer dan tien jaar later, inlost. Wat volgt is een verslag van een reis op een nieuwe Cucchietti, maar wel een reis vol tegenslagen. Vooral het weer zit tegen en op de slechtste moment spoken bij Roeleven het verlies van zijn vader en dierbare vrienden door het hoofd. Op YouTube kun je een mooi DWDD-fragment vinden met Roeleven en Stef Bos.

Het boek leest als een mooi en eerlijk reisverslag. Verwacht geen eindeloze wielerdetails, maar eerder mooie anekdotes, beschrijvingen van plannen en hoe die soms omgegooid moeten worden. Uiteindelijk reist Roeleven namelijk best een aantal stukken per trein en hij beschrijft die keuzes, momenten van twijfel ook, eerlijk.

Tijdens het lezen betrap ik me erop dat ik meermaals denk ‘alweer met iemand mee in de auto?’, ‘alweer de trein?’ Ik heb daar direct een oordeel over, maar juist dat deed me – soms lees je een boek precies op het juiste moment – inzien dat je het soms nodig hebt om aardig voor jezelf te zijn. Misschien is het juist vanwege het feit dat hij alleen reist dat hij zelf de vriend moet zijn die hem troost en hem zegt dat de moeilijkste of zwaarste weg niet altijd de beste is. Als ik dan kijk naar mijn omgang met hardlooptrainingen en -schema’s – altijd precies de afstanden en tempo’s, of liefst iets langer en harder – dan kan ik daar nog wat van leren.